Direct naar artikelinhoud

'Werkloze migrant moet zelf ook in actie komen'

Tofik ben Yahia: 'Het is belangrijk dat migrantenjongeren aan hun vaardigheden werken'

Natuurlijk worden jonge migranten gediscrimineerd in sollicitatieprocedures, zegt Tofik ben Yahia. Hij heeft het zelf ook ondervonden. Daar moet ook echt tegen opgetreden worden, vindt hij. "Maar werkloze migranten moeten ophouden om alleen maar naar die discriminatie te wijzen. Alsof het alleen maar daardoor komt. Ze moeten ook zelf in actie komen."

en

Ben Yahia (34) volgde een mbo- en een hbo-opleiding, maar vond daarna geen werk. "Ik ben, afgezien van een paar bijbaantjes, twee jaar werkloos geweest. In die tijd heb ik veel gesolliciteerd. En het gebeurde regelmatig dat het allemaal prima verliep, maar dat ik om onduidelijke redenen toch werd afgewezen. Of er werd heel nadrukkelijk naar mijn afkomst gevraagd en of ik iets te maken had met een groep jongeren die in Amsterdam-Slotervaart voor overlast zorgde."

Ben Yahia besloot verder te studeren. Inmiddels werkt hij alweer een paar jaar bij Argan, een door Marokkaanse jongeren opgerichte welzijnsorganisatie in Amsterdam die zich met jongerenwerk bezighoudt. De werkloosheid onder jonge migranten is erg groot: bijna 30 procent zit zonder werk. Onder Marokkaanse jongeren is het nog erger: 37 procent van hen is werkloos. Ter vergelijking: de werkloosheid onder jonge autochtone Nederlanders is 10 procent.

Kruiwagen
"Het is belangrijk dat migrantenjongeren aan hun vaardigheden werken", zegt Ben Yahia. Dat ze weten hoe ze moeten solliciteren. Dat ze leren kiezen voor kansrijke opleidingen." Omdat de hoge werkloosheid in migrantenkringen bepaald geen nieuw verschijnsel is, ontbreekt het veel migrantenjongeren aan goede rolmodellen, vertelt Ben Yahia.

"En het ontbreekt ze aan goede netwerken", zegt Melek Usta. "Terwijl die heel erg belangrijk zijn." Usta, van Turkse komaf, is oprichter van het wervings-, selectie en adviesbureau Colourful People en werd in 2006 verkozen tot Zwarte Zakenvrouw van het Jaar. "Via die netwerken kom je in beeld. Daar moet je echt je stinkende best voor doen. Leer goede brieven schrijven, maak een goede cv, laat zien wie je bent en wat je kunt. Maak gebruik van die oud-docent die enthousiast over je is, of van die stagebegeleider die goede ervaringen met je had."

Dat onderschrijft Zeki Arslan van Forum, het instituut voor multiculturele vraagstukken. "Zulke mensen kunnen een kruiwagen zijn. Die kunnen je helpen om de negatieve beeldvorming rond migrantenjongeren te doorbreken. Dat is broodnodig, want die beeldvorming is zeer hardnekkig. We zitten in een vicieuze cirkel en die moet worden doorbroken."

Vicieuze cirkel
Usta wijst op onderzoek naar de vooroordelen over migrantengroepen: "Daaruit blijkt bijvoorbeeld dat de beeldvorming rond Marokkanen zó slecht is, dat zelfs de meest onberispelijke Marokkaan er hinder van ondervindt. It sucks, maar ga niet bij de pakken neerzitten. Ook al is dat zeker in deze tijden niet eenvoudig. Het midden- en kleinbedrijf bijvoorbeeld heeft totaal geen boodschap aan diversiteit. Ze zijn allang blij als ze hun hoofd boven water kunnen houden." Het is daarom aan de overheid om het goede voorbeeld te geven, vindt Usta.

"De vicieuze cirkel moet echt worden doorbroken", zegt Ben Yahia. "Er wordt vaak gewezen op de hoge criminaliteitscijfers onder Marokkanen. Die hebben natuurlijk veel met werkloosheid te maken. Want wie geen werk heeft, zal eerder de stap naar de criminaliteit zetten. En daarmee wordt het probleem van de beeldvorming alleen maar groter."

 
Via die netwerken kom je in beeld. Daar moet je echt je stinkende best voor doen
Minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken tijdens de presentatie van het jaarrapport Integratie 2013 van het Social Cultureel Planbureau.

Asscher gaat discriminatie op arbeidsmarkt aanpakken
"Je moet niet alle Marokkanen of alle Limburgers op één hoop gooien. Mensen hebben het recht om als individu te worden behandeld en niet als lid van een groep", zei minister Asscher van sociale zaken gisteren bij de presentatie van het SCP-rapport over migranten op de arbeidsmarkt. Asscher gaat discriminatie bestrijden.

Uit het rapport blijkt dat de werkloosheid onder migranten hoog is en dat het verschil met autochtonen groter is geworden. Bij niet-westerse allochtonen is de werkloosheid 16 procent, bij de rest 5. In tijden van crisis kunnen werkgevers kiezen uit een rij sollicitanten en 'is er meer ruimte voor vooroordelen', zeggen de onderzoekers.

Asscher zei gisteren dat hij "zo snel mogelijk met een stevig pakket maatregelen" komt om discriminatie op de arbeidsmarkt aan te pakken. Enkele weken geleden liet hij in een vraaggesprek met de Moslim Omroep al weten dat bedrijven die aantoonbaar discrimineren worden uitgesloten van overheidsopdrachten. Aanleiding was het verbod op het dragen van een hoofddoek bij een Roosendaals uitzendbureau. Een 18-jarig meisje kreeg deze regel te horen tijdens het sollicitatiegesprek en deed aangifte.

Minder vaardig
Asscher hoopt dat er vaker aangifte wordt gedaan als er sprake is van discriminatie. Hij erkent dat dat soms moeilijk aan te tonen is. "Maar zaken die evident zijn, moeten we aanpakken. Als meer mensen ervan weten wordt er vaker aangifte gedaan. Ook de gemeenten hebben een taak om bedrijven en werkzoekenden te vertellen hoe het hoort."

Uit het SCP-rapport blijkt ook dat allochtonen minder vaardig zijn in solliciteren of het leggen van contacten voor het vinden van werk. Werkgeversorganisaties en vakbonden hebben een project waarbij mensen uit het bedrijfsleven migranten begeleiden. Asscher zegt dat effectiever een baan zoeken te leren is. "Eens in de maand in de etalage van een uitzendbureau kijken, is niet voldoende."

Verder kan volgens Asscher het onderwijs nog verbeteren. "Het middelbaar beroepsonderwijs is al meer gericht op studies waar leerlingen ook echt iets mee kunnen. Op het piekmoment verlieten 70.000 jongeren de school zonder diploma. Dat is niet goed. Daar zijn in het verleden kansen gemist."

Het verschil tussen allochtonen en autochtonen moet kleiner worden, aldus de minister. Hoe snel hij resultaten wil bereiken gaf hij niet aan. "Iedere dag", aldus Asscher. Hij wees erop dat op andere terreinen vorderingen worden gemaakt. Als allochtonen eenmaal een baan hebben, maken zij net zo snel promotie als autochtonen. Het opleidingsniveau van allochtonen stijgt en meer vrouwen hebben een baan. "De meeste kinderen van migranten schoppen het verder dan hun ouders."

 
Als allochtonen eenmaal een baan hebben, maken zij net zo snel promotie als autochtonen