Terug naar de krant

Tweede Kamer dwingt ruimere compensatie af voor gedupeerde ouders

Leeslijst achtergrond

Toeslagenaffaire Staatssecretaris Van Huffelen wil gedupeerde ouders in de toeslagenaffaire ruimhartig en snel genoegdoening bieden. Maar dat is niet zo makkelijk.

Leeslijst

De aanleiding was een groot probleem – de losgeslagen, meedogenloze fraudebestrijding bij de afdeling Toeslagen . Het erkennen ervan ook: de vorige staatssecretaris zag rijkelijk laat dat er grote fouten bij de Belastingdienst waren gemaakt.

En nu blijkt ook de oplossing een immens probleem te zijn. Eind januari benoemde het kabinet een extra staatssecretaris om de slepende affaire rond de kinderopvangtoeslag bij de Belastingdienst tot een goed einde brengen. Dat probleem blijkt juridisch en organisatorisch zo taai dat Alexandra van Huffelen (D66) er nog niet goed in slaagt om duidelijk te maken hoe zij die duizenden gedupeerde ouders tegemoet gaat komen. Deze woensdag moet zij daar opnieuw tekst en uitleg over geven aan de Tweede Kamer.

De goede intentie is er. Half maart, een dag na het eindrapport van de onderzoekscommissie onder leiding van Piet Hein Donner, zei Van Huffelen dat zij de beperkte compensatie die de voormalig CDA-minister adviseerde naast zich neer legde. Het kabinet, zo beloofde ze, zou de getroffen ouders veel ruimhartiger gaan compenseren. Ze trok een half miljard euro uit, waarvan 390 miljoen voor het bieden van financiële genoegdoening aan de naar schatting meer dan 20.000 getroffen gezinnen.

Wel of geen recht op ruimhartige compensatie

De hoop en houvast die dat voornemen bood, was van korte duur. Twee weken geleden zorgde een bericht van de NOS voor nieuwe onrust. De Belastingdienst had, zoals de bedoeling was, een eerste selectie gemaakt tussen wie wel en wie niet recht heeft op ruimhartige compensatie. De NOS meldde dat voor ongeveer 8.000 gezinnen was geoordeeld dat zij voor een dergelijke schadevergoeding niet in aanmerking komen.

In het hierop volgende Kamerdebat beloofde Van Huffelen, na een trits kritische vragen, dat er nog „op dossierniveau” een oordeel over compensatie zou volgen. De Belastingdienst zal elk individueel geval nog moeten beoordelen. Dat is dan een aanvulling op, of zelfs een wijziging van het eerder formeel genomen ‘Besluit compensatieregeling’.

Hoe meer woorden de staatssecretaris nodig had om het onderscheid tussen gedupeerde ouders uit te leggen en de verschillende compensatieregelingen, des te meer het de Tweede Kamer ging duizelen – en via de livestream ook de ouders. In de woorden van Renske Leijten (SP): „Ik denk dat iedereen die heeft zitten luisteren, er geen touw meer aan vast kan knopen.”

Lees ook Hoe uit het doolhof van de toeslagen te komen
Hoe uit het doolhof van de toeslagen te komen

Opgetrommeld voor tekst en uitleg

Vorige week werden drie ambtenaren van het ministerie van Financiën opgetrommeld om de Kamer met behulp van een Powerpointpresentatie tekst en uitleg te geven over „de samenhang van de verschillende regelingen”. Het werd de vaste Kamercommissie Financiën nog steeds niet duidelijk. Afgelopen maandagavond volgde dus nog eens een dik pak papier met antwoorden op de bijna vijfhonderd Kamervragen.

Complicerende factor is dat voor het compenseren van de ouders een wetswijziging nodig is. Dat moet uiterst zorgvuldig gebeuren en juridisch moet het ook allemaal kloppen. De noodzakelijke aanpassing van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen (Awir) komt woensdag in het debat aan de orde.

Voorafgaand aan dit debat wist de Kamer al een belangrijke verruiming voor elkaar te krijgen voor een groep ouders die naast de boot dreigde te vallen. Pas als de wetswijziging straks ook door de Eerste Kamer is goedgekeurd, kan de staatssecretaris echt beginnen met haar missie: genoegdoening voor alle door de toeslagenaffaire getroffen ouders.

Grofweg worden er vijf groepen gedupeerden in de toeslagenaffaire onderscheiden, voor wie afzonderlijke regelingen gelden.

1. Slachtoffers CAF 11

De zogenoemde CAF 11-zaak is ground zero van de toeslagenaffaire. De werkwijze van het elfde onderzoek van het CAF-team (voluit: Combiteam Aanpak Facilitators) bij een gastouderbureau in Eindhoven, in 2014, legde de hardheid van het opsporingsbeleid van de Belastingdienst bloot. Zo’n driehonderd ouders werden zonder gedegen bewijs als fraudeurs bestempeld. Hun kinderopvangtoeslag werd abrupt stopgezet en over meerdere jaren teruggevorderd. Bezwaarschriften werden niet zorgvuldig behandeld. Het was deze werkwijze die de commissie Donner definieerde als ‘institutionele vooringenomenheid’. Ze vond dat compensatie op z’n plaats was: herstel van de gevorderde toeslagen, aanvullende schadevergoeding en compensatie van andere kosten.

In december kregen 280 ouders aldus een voorschot uitgekeerd, van 20.000 tot 66.000 euro per gezin. Eind maart volgde een definitieve beschikking. Veertig ouders stellen echter dat zij veel meer schade hebben geleden en hebben bezwaar aangetekend.

2. Overige slachtoffers ‘institutionele vooringenomenheid’

Naast CAF-11 zijn er nog 630 andere fraudeonderzoeken uitgevoerd, die mogelijk op dezelfde zero tolerance- manier hebben huisgehouden. Gezinnen die daar op identieke wijze slachtoffer van zijn geweest, krijgen een soortgelijke compensatieregeling aangeboden.

Het gaat naar schatting om 2.200 gezinnen.

3. Slachtoffers van de ‘hardheid van het systeem’

Los van de verdenking van gesjoemel werd bij duizenden gezinnen de kinderopvangtoeslag ingehouden omdat er bij de aanvraag van de toeslag of bij wijzigingen onbedoeld fouten waren gemaakt.

Kleine administratieve omissies – het ontbreken van een bonnetje voor één maand crèche – werden volgens de standaardprocedure bestraft met het terugvorderen van het hele jaarbedrag aan toeslag.

Dat was niet zozeer willekeur of sadisme door de dienstdoende ambtenaar als wel het gevolg van de strenge regels, die in de wet zijn vastgelegd. Deze door de politiek ooit gewenste hardvochtige werkwijze werd in verschillende juridische procedures door de Raad van State gebillijkt.

Wie op deze manier voor minimaal 1.500 euro per jaar is benadeeld, kan zijn teruggevorderde toeslag terugkrijgen. Zo’n 8.000 mensen kregen onlangs bericht van de Belastingdienst dat zij niet tot de CAF-gerelateerde slachtoffers behoren en daardoor in principe dus geen recht hebben op aanvullende schadevergoeding. Maar inmiddels wil de staatssecretaris dat toch nog per geval gaan beoordelen.

4. Overige ‘zeer schrijnende gevallen’

Gezinnen die om een andere reden gekort zijn op hun kinderopvangtoeslag, maar niet onder categorie 2 of 3 vallen, kunnen voor een bijzondere tegemoetkoming hun kwestie aankaarten bij een onafhankelijke commissie. Mogelijk adviseert die dan dat er toch sprake is geweest van onrecht dat in financiële zin moet worden rechtgezet.

5. Ouders die het stempel ‘O/GS’ kregen

Onder alle soorten gedupeerden zitten ouders die van de Belastingdienst de kwalificatie ‘Opzet/Grove schuld’ (O/GS) hebben gekregen. Zij zouden opzettelijk met hun toeslagaanvraag hebben gesjoemeld.

Door dat stempel hadden zij geen recht op een betalingsregeling voor de teruggevorderde toeslagen – en hebben zij om die reden in veel gevallen nog een grote schuld uitstaan. Nu krijgen zij wél een betalingsregeling aangeboden, naar draagkracht en voor een periode van twee jaar. De restschuld die daarna nog openstaat, blijft, maar wordt niet meer teruggevorderd.

Daarnaast heeft de Tweede Kamer afgedwongen dat mensen die onterecht het ‘Opzet/Grove schuld’-stempel hebben gekregen, nu, onder bepaalde voorwaarden, toch een beroep kunnen doen op een compensatieregeling.

Een versie van dit artikel verscheen ook in NRC Handelsblad van 10 juni 2020.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in