De Wikipedia Community ontving op 25 november 2015 de Erasmusprijs in het Paleis op de Dam in Amsterdam. De prijs werd uitgereikt door koning Willem-Alexander aan drie vertegenwoordigers van de community, onder wie de Nederlander Lodewijk Gelauff.
Met de prijs erkent de Stichting Praemium Erasmianum het belang van de community die Wikipedia in stand houdt. Lodewijk Gelauff is onder andere initiatiefnemer van het jaarlijkse Wiki loves Monuments-programma. Dat programma moet gebruikers van Wikipedia aansporen om monumenten en cultureel erfgoed op de foto te zetten en vrij te delen via Wikipedia. Gelauff startte het project in 2010 in Nederland en het is sindsdien wereldwijd overgenomen.
De twee andere ontvangers van de prijs komen uit Brazilië en de Verenigde Staten. Adele Vrana uit Brazilië houdt zich bezig met Wikipedia Zero. Met dit project wordt geprobeerd Wikipedia gratis voor iedereen beschikbaar te maken via mobiele telefonieproviders in met name Afrika en Latijns Amerika. De Amerikaanse Phoebe Ayers is bezig met het uitzoeken hoe bibliotheken en Wikipedia elkaar kunnen versterken. Ayers is daarnaast ook een academische bibliothecaris van MIT. Vrana werkt voor de Wikimedia-foundation. Geheel in de stijl van Wikipedia werd er vooraf gediscussieerd over de mensen die de prijs in ontvangst mogen nemen.
Die discussies zijn een groot voordeel maar ook een nadeel van Wikipedia, zo bleek bij de uitreiking. Aan de ene kant werd geroemd dat alles zoveel mogelijk bewaard blijft en alles zichtbaar is voor iedereen waardoor Wikipedia heel transparant is in hoe lemma's door de tijd zijn opgebouwd en wat de discussies achter heikele thema's zijn. Overigens is het zelfs bij Wikipedia mogelijk artikelen of discussies helemaal te verwijderen. Aan de andere kant zorgt het ervoor dat leden van de community een dikke huid moeten hebben als het gaat om het aanmaken of wijzigen van artikelen, iets wat recentelijk ook in de Groene Amsterdammer belicht werd. Naast het nodig hebben van een dikke huid, heeft de community er ook last van dat het gros van de Wikipedianen vooral uit blanke mannen bestaat.
Maar al die disputen blijken ook voor interessant onderzoeksmateriaal te zorgen. Zo is er Contropedia.net, een onderzoeksplatform dat gebruikmaakt van de conflicten op Wikipedia. Zo was er veel discussie over de opwarming van de aarde tussen 2005 en medio 2008, waarna het aantal wijzigingen snel afnam. Contropedia maakt gebruik van de geschiedenis- en overlegpagina's. Op een symposium van de Koninklijke Akademie voor Wetenschappen over Wikipedia op 15 januari dit jaar zei Wikipedia-oprichter Jimmy 'Jimbo' Wales tegen het publiek dat 'slimme journalisten naar de talk-pagina gaan' om te weten te komen wat er speelt rond bepaalde onderwerpen. Ook is kijken naar dezelfde lemma's in verschillende talen handig om wereldwijd verschillende standpunten te onderzoeken.
Wales sprak verder over het open karakter van Wikipedia en over het feit dat Wikipedia vooral in de westerse wereld wordt gelezen en gebruikt. Een van de zaken die hij daar aanstipte, was het verschil in het gebruik van internet. In het grootste deel van de wereld gebruiken mensen mobiele telefoons om het internet af te struinen en Wikipedia was daar lange tijd niet goed bruikbaar op. Maar niet alleen de toegankelijkheid via mobiele telefoons is een probleem volgens Wales, ook de bedragen die voor het gebruik van internet neergeteld moeten worden, vandaar ook dat Wikimedia zich sterk maakt voor gratis toegang tot Wikipedia via mobiele netwerken.
In westerse landen lijkt de groei er echter wel uit te zijn. Dat komt deels doordat veel lemma's al geschreven zijn, maar ook door een soort van 'wikimoeheid'. Ook komen mensen minder vaak op Wikipedia omdat zoekmachines de lemma's gebruiken in hun zoekresultaten. Hierdoor hoeven mensen niet meer door te klikken naar Wikipedia zelf, iets wat er mogelijk voor zorgt dat mensen minder gaan bewerken.