Direct naar artikelinhoud

We leken steeds slimmer te worden, maar nu lijkt die trend op zijn retour

We leken steeds slimmer te worden, maar nu lijkt die trend op zijn retour
Beeld Fadi Nadrous

De IQ-scores deden niet anders dan stijgen, we leken steeds slimmer te worden. Maar nu dalen ze weer. Waarom? Een raadsel.

Dat is toch jammer: het lijkt of het brein van de westerse mens aftakelt. Terwijl het net zo goed ging. Zo'n beetje de hele twintigste eeuw steeg het IQ in ontwikkelde landen. Ieder kind was slimmer dan zijn ouders, die weer slimmer waren dan hun ouders. Nu lijkt die trend op zijn retour. Wetenschappers kunnen er met hun steeds dommere hoofd niet bij.

Eerst even terug in de tijd. De hoofdpersoon in het - toen nog - stijgende-IQ-verhaal is de Nieuw-Zeelandse James Flynn, een filosoof die halverwege de jaren tachtig een gigantisch pakket intelligentietestuitslagen uit Nederland in zijn postvakje kreeg. Zo'n dertig jaar besloegen die, en Flynn ontwaarde daar een onmiskenbare trend in: mensen werden slimmer, toch op zijn minst in Nederland. 

Laagbegaafd

Enig grasduinen in de scores van andere landen bevestigde het idee dat elke generatie de vragen van zulke testen weer makkelijker invulde dan de generatie ervoor. Pakweg drie punten per decennium mocht je bij het IQ optellen. Al eerder hadden onderzoekers iets in die richting gevonden, maar door Flynns analyse was het een keihard effect, iets dat later talloze keren bevestigd is. Het effect ging Flynns naam dragen.

Wacht, makers van IQ-testen stellen die toch altijd zo bij dat het gemiddelde aantal vragen dat een volk goed heeft, leidt tot een IQ van precies 100? Ja. Maar Flynn zag dat je gedurende de vorige eeuw steeds meer vragen goed moest hebben om die 100 te halen. 

Onderwerp je de gemiddelde persoon van begin twintigste eeuw aan de strengere norm van tegenwoordig, dan scoort die slechts 70. Dat zouden we nu laagbegaafd noemen. Andersom: zou een gemiddeld hedendaags mens terugreizen naar 1918, dan zou hij een IQ van 130 scoren - hoogbegaafd.

Zelfs politieke stabiliteit moet het volgens eerder onderzoek ontgelden als een samenleving minder slim wordt

Flynn is vrij helder over de oorzaak. De wereld veranderde vorige eeuw nogal, en dat doet wat met je brein. Stel, zegt hij in een populaire Ted-talk, dat er een marsmannetje op aarde landt. Hij vergelijkt schietschijven waarop mensen oefenen. Ziet hij dat er halverwege de negentiende eeuw vaak maar één kogel in de roos zit, en in 1980 honderd, dan kan hij besluiten dat de wereldbewoner een heel wat vastere hand heeft gekregen, of anders wel betere ogen. 

Miraculeus, maar dat is toch wat die testen meten? Wat hij dan vergeet is dat het wapenarsenaal nogal is uitgebreid in diezelfde tijd. De musket maakte plaats voor preciezere geweren, om zich uiteindelijk voorbijgestreefd te zien door het machinegeweer. Natuurlijk gaat jan met de pet dan vaker raak schieten. Niks vastere hand.

Beren

Net zo goed breidde het mentale arsenaal zich de vorige eeuw uit, betoogt Flynn. Voor goed scoren op een intelligentietest is het handig om abstract te kunnen denken. Verbanden leggen, het één uit het ander afleiden. Dat leer je zonder dat je het in gaten hebt, simpelweg door rond te wandelen in de moderne wereld, met haar meer op wetenschap gestoelde scholing, ingewikkelder kinderspelletjes en metrostations.

Om te illustreren hoe wéinig abstract ze een eeuw geleden nog dachten, wijst Flynn op interviews die de vermaarde Russische psycholoog Alexander Luria toen afnam met mensen uit ruraal Rusland. Als Luria zei dat alle beren die in de sneeuw leven wit zijn, en vervolgens vroeg welke kleur beren op de Noordpool hadden, dan was het antwoord: dat zou je aan iemand daar moeten vragen. Eén en één tot twee optellen was voor hen blijkbaar te veel gevraagd. Ze hadden toen ook niet veel aan dat soort redenaties; beren waren om voor weg te rennen, niet om filosofisch over te doen.

Tegenwoordig zijn de meer hypothetische vragen als deze over de beer juist eerder regel dan uitzondering. Tegenover het 'simpele' stampwerk à la 'wat is de hoofdstad van Slowakije'.

Maar kijken wetenschappers nú naar de trends in IQ, dan zien zij sinds eind vorige eeuw een afkalving. In Frankrijk, Groot-Brittannië, Australië en ja, ook Nederland. Deze zomer bleek uit een zeer groot onderzoek in Noorwegen dat ook dat land niet immuun is voor de daling. Vanaf 1975 gaat elke generatie liefst 7 punten achteruit, schrijven economen Bernt Bratsberg en Ole Rogeberg in vakblad PNAS na een analyse van 730.000 testresultaten van achttienjarige mannen, geboren tussen 1963 en 1991.

Zij willen weten hoe dat komt. Een daling in IQ slaat namelijk ook een deuk in de economische en wetenschappelijke vooruitgang. Zelfs politieke stabiliteit moet het volgens eerder onderzoek ontgelden als een samenleving minder slim wordt.

Strikt genomen zegt zo'n studie alleen iets over het onderzochte land, zegt de Tilburgse intelligentiehoogleraar Jelte Wicherts. Dit Noorse onderzoek noemt hij groot genoeg om harde conclusies te trekken voor dat land, maar het zegt dus niet veel over andere westerse samenlevingen. "Wel weten we uit overzichtsstudies dat de wereldwijde stijging van het gemiddelde IQ op zijn minst afvlakt, en op sommige plekken inderdaad daalt."

Migranten

De oorzaak? Voorlopig wijst het megaonderzoek slechts uit wat die níet is. Zo heeft de daling niets te maken met het feit dat laagopgeleide mensen gemiddeld meer kinderen krijgen. 

Dat zag het Noorse duo doordat die daling standhield binnen families zelf. Als zoon minder slim is dan vader, terwijl ze voor een groot deel dezelfde genen hebben, dan kun je niet volhouden dat de landelijke daling door grote laagopgeleide gezinnen komt.

Intelligentie is behoorlijk vloeibaar. Die ligt niet bij de geboorte vast
Jelte Wicherts, intelligentiehoogleraar

Ooit vond men dat zo logisch dat het wel waar moest zijn. Net voor de Tweede Wereldoorlog gold de gedachte van geboortebeperking voor de minder slimmen zelfs als progressief (tot Adolf Hitler met het concept 'goede genen' aan de haal ging). Inmiddels is er nog een klein doch luidruchtig groepje wetenschappers dat claimt dat de westerse samenleving dommer wordt doordat laagopgeleiden meer kinderen krijgen, zegt Wicherts. Zij denken ook dat de komst van migranten - die niet minder slim zijn maar wel minder gewend aan westerse IQ-testen - de score omlaag haalt.

Wicherts: "Het klinkt misschien als een logisch idee, maar het is naïef om zo'n groot aandeel van iemands IQ aan zijn genen toe te schrijven zonder rekening te houden met het effect dat de omgeving heeft." Een klein verschil in aanleg bij de geboorte geeft iemand al net iets meer kans om een hoger opleidingsniveau te volgen, waardoor die weer meer gestimuleerd wordt en zo uiteindelijk weer hoger scoort op testen. "Intelligentie is behoorlijk vloeibaar. Die ligt niet bij de geboorte vast."

Tetriskunstje

Zelf onderzocht Wicherts of intelligentietesten nog wel meten wat ze moeten meten. Daar zou nog wel een verklaring in kunnen zitten. "In een veelgebruikt onderdeel van intelligentietesten moeten deelnemers blokjes draaien om ze ergens in te laten passen. Die test moet je ruimtelijk inzicht meten. Maar stomtoevallig is een hele generatie opgegroeid met Tetris, ikzelf ook. En dat spel komt hier heel erg mee overeen." 

Dus dan meet zo'n test ineens niet meer hoe goed iemands intrinsieke ruimtelijke aanleg is, maar hoe lang hij geoefend heeft een Tetris-kunstje te doen.

Wat denkt Wicherts over de grondslag van het dalende IQ? "Eerlijk: niemand weet waarom het niveau in sommige landen achteruitgaat." Ook de Noorse onderzoekers eindigen hun artikel vooral met vraagtekens. Alles wijst wel op de omgeving van de mens, schrijven ze. Maar of dat nou aan veranderend onderwijs, sociaalmediagebruik of algemene gezondheid ligt? Daar moeten andere wetenschappers zich maar over buigen.

Lees ook: 

Wees waakzaam voor kunstmatige intelligentie

Om de enorme technologische vooruitgang van kunstmatige intelligentie bij te houden, is een ethische discussie veel te weinig, betoogt Marietje Schaake, Europees parlementariër D66 en kandidaat-lijsttrekker D66 Europa.